Openbare zitting
DE GEMEENTERAAD:
MOTIVERING
Juridische gronden
● Wet van 26 maart 1971 op de bescherming van de oppervlaktewateren tegen verontreiniging, zoals gewijzigd
● Decreet van 24 mei 2002 betreffende water bestemd voor menselijke aanwending, zoals gewijzigd
● Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017 en latere wijzigingen, artikelen 40 en 41
● Gecodificeerd decreet betreffende het integraal waterbeleid van 15 juni 2018
● Programmadecreet 2025 zoals goedgekeurd door de Vlaamse Regering op 20 december 2024
● besluit van de gemeenteraad van 21 december 2006 inzake de goedkeuring van de saneringsovereenkomst met de Vlaamse Maatschappij voor Watervoorziening inzake opvang en transport van water
● besluit van de gemeenteraad van 25 februari 2016 inzake de vaststelling van de gemeentelijke saneringsvergoeding
Feiten en context
Hogervermeld decreet legt een tariefstructuur op aan de drinkwaterfactuur in zijn geheel en aan de gemeentelijke saneringsvergoeding en –bijdrage in het bijzonder.
De gemeentelijke bijdrage voor afvoer is afhankelijk van de bovengemeentelijke bijdrage voor waterzuivering.
Om de bovengemeentelijke zuiveringsinfrastructuur te kunnen blijven financieren werd in uitvoering van het Vlaams Regeerakkoord de bovengemeentelijke bijdrage voor waterzuivering verhoogd met 40,7%.
Decretaal werd eerder vastgelegd dat de bijdrage voor afvoer maximaal 1,4 keer het bovengemeentelijk tarief mag bedragen.
Om de stijging van de integrale waterfactuur enigszins wat te temperen werd beslist om deze factor te reduceren naar maximaal 1,15.
In uitvoering van de gewijzigde tariefstructuur dient de gemeenteraad een nieuw besluit te nemen tot vaststelling van de maximale gemeentelijke saneringsbijdrage.
Argumentatie
Deze tariefstructuur bevat de volgende elementen:
● De gemeentelijke saneringsvergoeding bestaat uit een vastrecht en een variabele prijs per m³
● Dit vastrecht bedraagt € 30,00 per wooneenheid, verminderd met € 6,00 per gedomicilieerde. Het vastrecht kan niet negatief worden
● De variabele prijs voor de huishoudelijke klanten bestaat uit een basistarief en een luxetarief. Dit luxetarief bedraagt het dubbele van het basistarief. De schijfgrens ligt op een verbruik van 30 m³ per wooneenheid per jaar, vermeerderd met 30 m³ per gedomicilieerde per jaar.
● De variabele prijs voor de niet-huishoudelijke klanten bestaat uit een vlak tarief tot 6.000 m³ per jaar en een bijkomende tariefschijf voor het verbruik boven de 6.000 m³ per jaar.
● Een sociaal tarief wordt toegepast als de abonnee op 1 januari geniet van één van de volgende tegemoetkomingen:
Dit sociale tarief bedraagt 1/5 van het tarief voor zowel het vastrecht als de variabele prijs.
● De gemeentelijke saneringsvergoeding mag maximaal 1,15 keer het bovengemeentelijk tarief bedragen.
BESLUIT
eenparig aangenomen.
Artikel 1: De tarieven van de gemeentelijke saneringsvergoeding, zowel voor drinkwatergebruikers als voor eigen waterwinners, worden vanaf 2025 vastgesteld als volgt:
● Huishoudelijke klanten:
○ 1,9114 €/m³ voor het basistarief
○ 2 * 1,9114 €/m3 voor het luxetarief
● Niet-huishoudelijke klanten
○ 2,1655 €/m³ voor de schijf 0 – 6.000 m3
○ 1,0828 €/m3 voor de schijf >6.000 m3.
● Grootverbruikers heffingsplichtingen
○ Zelfde tarief als landbouwers met aftopping (individueel tarief kan nooit hoger zijn dan tarief niet-huishoudelijke klanten)
De gemeentelijke saneringsvergoeding is onderworpen aan 6% BTW voor de drinkwatergebruikers en aan 21% BTW voor de eigen waterwinners.
Artikel 2: De factor voor het bepalen van het tarief van de gemeentelijke saneringsbijdrage wordt vanaf 2025 vastgesteld op 1,15 keer het tarief van de bovengemeentelijke saneringsbijdrage.
Artikel 3: De Watergroep staat in voor de inning van de gemeentelijke saneringsvergoeding.
Register der bekendmakingen
Deze webpagina vormt het openbare register van gemeentelijke reglementen en verordeningen, in overeenstemming met het besluit van de Vlaamse regering van 28 april 2023 betreffende de bekendmakingen en raadpleegbaarheid van besluiten en documenten van het lokale bestuur met betrekking tot de manier waarop ze moeten worden bijgehouden.
Wanneer een publicatie wordt uitgevoerd, zal er een expliciete "bundel" van het document worden opgeslagen. Op dat moment is het document inhoudelijk niet meer aanpasbaar door de gebruiker.
Deze "bundel" bestaat uit:
De inhoud van de publicatie op het moment dat deze werd uitgevoerd.
Een unieke identificatie van de gebruiker die de actie heeft uitgevoerd.
De tijdstempel waarop de actie heeft plaatsgevonden.
Al deze gegevens staan in een aparte publicatie omgeving die beveiligd en toegankelijk is voor een beperkt aantal personen.