MOTIVERING MOTIVERING Juridische overwegingen ● Decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017, artikel 40 en 41 Deze artikels handelen over de bevoegdheden van de gemeenteraad. ● Het decreet van 3 mei 2019 houdende de gemeentewegen. ● Het decreet van 18 mei 1999 houdende de organisatie van de ruimtelijke ordening. ● De Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO) van 15 mei 2009 zoals gewijzigd en uitvoeringsbesluiten ● Het Decreet betreffende de omgevingsvergunning, artikel 31 Dit artikel herneemt de welbekende regeling van de tussenkomst van de gemeenteraad over de zaak van de wegen. ● Het Omgevingsvergunningsbesluit, artikel 47 Dit artikel handelt over de beslissingsbevoegdheid van de gemeenteraad inzake wegenwerken en stelt dat de gemeenteraad daarbij kennis neemt van de standpunten, opmerkingen en bezwaren die zijn ingediend tijdens het openbaar onderzoek. Aanleiding, feiten en context Op 22 december 2023 werd door Matexi Limburg een aanvraag tot omgevingsvergunning (OMV_2023170339) ingediend voor het verdelen van 12 kadastrale percelen in 22 loten voor grondgebonden woningen, 1 projectzone (appartementen) en de aanleg van wegenis, gelegen tussen het Dorpshof en de Sint-Rochusstraat. Het betreft de realisatie van een inbreidingsproject. Het rooilijnplan ‘verkaveling Dorpshof’ - opgemaakt op 11 december 2023 door ontwerp- en adviesbureau Geotec te Bilzen - is opgesteld in het kader van deze aanvraag tot omgevingsvergunning. Hieruit blijkt duidelijk de toekomstige rooilijn van de gemeenteweg. Het heeft betrekking op de percelen, kadastraal gekend als (afd. 3) sectie B nrs. 432T, 431X, 424C, 427G, 427F, 428C, 429C, 432X, 432Y, 423W, 428D/deel en 429B/deel. Men voorziet een inname van 63a 47ca, aangeduid in het groen als lot 25. Er wordt voorgesteld om de grenzen van het openbaar domein vast te stellen. Het college van burgemeester en schepenen stelt voor om te beraadslagen over voorliggende zaak van de wegen. Het Omgevingsvergunningsbesluit bepaalt in artikel 47 dat de gemeenteraad zich enkel uitspreekt over de zaak van de wegen, dus niet over de vergunningsaanvraag. De gemeenteraad bespreekt – volgens ditzelfde artikel - enkel de bezwaren die handelen over de zaak van de wegen, niet de andere bezwaarschriften. Openbaar onderzoek Het voorgestelde rooilijnplan werd openbaar gemaakt van 26 januari 2024 t.e.m. 24 februari 2024. De verschillende door de wet voorgeschreven formaliteiten zijn vervuld. Tijdens het openbaar onderzoek zijn er 4 bezwaarschriften ingediend, waarvan 3 bezwaarschriften (met een identieke inhoud) betrekking hebben op het wegenisdossier of in verband kunnen gebracht worden met de beoordelingsgronden opgesomd in artikel 3 (doelstellingen) en artikel 4 (principes) van het Decreet houdende de Gemeentewegen van 3 mei 2019. Bespreking van de ingediende bezwaren Bezwaar 1, 2 en 3 (identieke inhoud, ingediend door bewoners van hetzelfde adres). Datum: 18 februari 2024 Het digitale bezwaarschrift handelt gedeeltelijk over de zaak van de wegen (punt 3 en 4). 3/ Mobiliteit en verkeersveiligheid “… Resumerend, door enerzijds een onderschatting van het aantal te verwachten bijkomende verplaatsingen en anderzijds een overschatting van de uurcapaciteit en dus ook het verzadigingspunt van Dorpshof, geeft de auteur van de mobiliteitsstudie een vertekend beeld van de ware impact van dit project op de verkeersdruk en ook op verkeersveiligheid. Het roept vragen op waarom niet gekozen werd om het hoofdaansluitingspunt te voorzien langs de Sint-Rochusstraat, waar het project nu slechts een trage verbinding voorziet. De Sint-Rochusstraat is – in tegenstelling tot Dorpshof – een rechte straat zonder zijstraten, en 7 meter breed bovendien. Daarenboven had zo de rooi kunnen vermeden worden van 4 waardevolle loofbomen op de plaats waar nu de ontsluitingsas is ingepland. Maar helaas, in plaats van te kiezen voor een oplossing die de verkeersveiligheid en het milieu ten goede zou komen, moet worden vastgesteld dat de promotor opteerde voor de snelle realisatie van 4 halfopen woningen, waarnaar ook wordt verwezen in de mobiliteitsstudie. Door te kiezen voor deze strategie van het voldongen feit illustreert de promotor rendementsverhoging boven alles te stellen, ook boven woonkwaliteit zoals blijkt uit de overige punten in dit bezwaar, maar zelfs ook boven verkeersveiligheid in de onmiddellijke nabijheid van een basisschool. Dit noopt tot nadenken. De conclusie in de mobiliteitsstudie dat geen milderende maatregelen moeten genomen worden om het project te realiseren, moet dan ook worden tegengesproken. Het nog enig mogelijke hoofdaansluitingspunt bevindt zich in een straat en omgeving die helemaal niet geschikt is om een toegang te verlenen tot een project van deze omvang. Aangezien het praktisch gezien niet meer mogelijk is om het hoofdaansluitingspunt op een andere locatie te voorzien, dient het project in belangrijke mate te worden afgeslankt. Enkel op die manier kan de verkeersveiligheid worden gehandhaafd …” De gemeenteraad neemt volgende gemotiveerd standpunt in: De bezwaarindiener beweert dat de mobiliteitsstudie op een onzorgvuldige wijze is gebeurd en de resultaten absoluut ongeloofwaardig zijn. Men verwijst naar cijfers en statistieken vanuit het ‘Onderzoek Verplaatsingsgedrag Vlaanderen 6’ en het ‘Richtlijnenboek. Mobiliteitseffectenstudies, mobiliteitstoets en MOBER’ om het aantal autoverplaatsingen in kaart te brengen. Men gaat echter voorbij aan andere, meer duurzame manieren om zich te verplaatsen. Men brengt verder geen stukken of mobiliteitsstudie bij. Men stelt de hoofdontsluiting via het Dorpshof meermaals in vraag. Zoals (in detail) wordt uiteengezet onder punt 4 (wegenis) kan men afwijken van een BPA ouder dan 15 jaar, met uitzondering voor wegenis, openbaar groen en erfgoed. De keuze rond een hoofdontsluitingsweg in het Dorpshof en een trage verbinding richting de Sint-Rochusstraat is dus reeds gemaakt bij de opmaak van het BPA Centrum III Zolder – wijzigingsplan, goedgekeurd op 17 oktober 1983, en ligt bijgevolg vast. Hiervan kan men niet afwijken. Daarenboven zijn in het Gemeentelijk Ruimtelijk Structuurplan de omliggende straten niet gecategoriseerd al lokale weg type I of II, maar wel als erftoegangswegen. Een erftoegangsweg heeft geen verkeersfunctie in het lokale netwerk. De verkeersfunctie is ondergeschikt en de weg kent enkel bestemmingsverkeer. Er zijn zowel in het Dorpshof, als het Kerkeveld, al snelheidsremmende maatregelen genomen om de verkeersveiligheid nabij de schoolomgeving te vergroten. Er zijn meerdere wegversmallingen aanwezig in de vorm van plantvakken, waar voornamelijk slechts één voertuig tegelijkertijd kan passeren en de versmalling duidelijk aan één zijde van de weg ligt. Het bezwaar is niet gegrond. 4/ wegenis “In het zuidelijk deel wordt een zijweg voorzien in L-vorm om de woningen op de loten 13 t.e.m. 22 op een meer hedendaagse wijze te kunnen inplanten zodat centraal een publieke parkzone kan worden voorzien”, dixit de verantwoordingsnota. Dit betreft een afwijking op het toepasselijk goedgekeurd BPA. In de verantwoordingsnota wordt erkend dat afwijkingen weliswaar niet toegestaan zijn voor wegenis (art. 4.4.9/1, 2de lid VCRO), maar wordt verwezen naar art. 4.4.7 §2 dat in de mogelijkheid voorziet af te wijken voor werken van algemeen belang die een beperkte ruimtelijke impact hebben. Welnu, die argumentatie durf ik te betwisten, want strookt niet met de werkelijkheid. -Vooreerst wordt hier in eerste instantie het particuliere belang gediend van een bouwpromotor die door de aanleg van voormelde zijweg bijkomende percelen kan genereren en zo extra wooneenheden wil realiseren. -Bovendien zou voorgestelde zijweg wél een belangrijke ruimtelijke impact hebben, met name op de leef- en woonkwaliteit van de omwonenden omdat de talrijke woningen op die manier veel te dicht tegen de zuidelijke perceelsgrens worden aangedrukt. -De toename van de omvang van dit project en daarmee dus ook de stijging van het aantal wooneenheden die de aanleg van voormelde zijweg mogelijk zou maken, zou tevens een belangrijke impact hebben op mobiliteit en (verkeers)veiligheid. Stellen dat deze afwijking slechts een beperkte ruimtelijke impact zou hebben, is dan ook volkomen uit de lucht gegrepen. Mocht daadwerkelijk het algemeen belang voorop gestaan hebben bij opmaak van deze plannen (quod non), dan zou Matexi van deze gelegenheid gebruik gemaakt hebben om minstens het hoofdaansluitingspunt te voorzien in de Sint-Rochusstraat in plaats van in Dorpshof, met name op de plaats waar nu een trage verbinding is gepland. Het feit dat Matexi op die locatie echter geopteerd heeft voor de snelle realisatie van 4 halfopen bebouwingen en daardoor letterlijk de weg afsneed voor de realisatie aldaar van een hoofdaansluitingspunt van een volgende fase van hetzelfde project ‘Dorpshof’ (https://www.matexi.be/nl/projecten/limburg/heusden-zolder-dorpshof), toont aan dat de ware intentie voor aanvraag tot deze afwijking niet ligt bij het dienen van het algemeen belang. De impact op vlak van mobiliteit, verkeersveiligheid en milieu was immers veel beperkter geweest, indien men zou geopteerd hebben om het hoofdaansluitingspunt te voorzien in de Sint Rochusstraat ipv. Dorpshof (wat nu dus helaas niet meer mogelijk is). Merk bovendien op dat elke afwijkingsmogelijkheid volgens vaststaande rechtspraak van de Raad voor Vergunningsbetwistingen restrictief moet geïnterpreteerd worden. De gemeenteraad neemt volgende gemotiveerd standpunt in: 4. Wegenis Het decreet van 8 december 2017 (Codextrein) versoepelt een aantal procedures waardoor bijkomende mogelijkheden worden gecreëerd om de beschikbare ruimte optimaal te benutten. Hierbij werd artikel 4.4.9/1 ingevoerd in de VCRO, dat een bijkomende afwijkingsmogelijkheid voorziet bij de beoordeling van aanvragen voor omgevingsvergunningen, gelegen binnen de contour van een bijzonder plan van aanleg (BPA) dat ouder is dan vijftien jaar op het ogenblik van de indiening van de aanvraag. De doelstelling van deze afwijkingsmogelijkheid is gelegen in de verhoging van het ruimtelijk rendement van de bestaande bebouwde ruimte en de zoektocht naar ruimte voor wonen en daarbij aansluitende functies via verdichting, renovatie en hergebruik. Zoals de bezwaarindiener opmerkt, kan de afwijkingsmogelijkheid niet worden toegepast voor wat betreft wegenis, openbaar groen en erfgoed. Het ontwerp is dan ook cfr het BPA, dat destijds de hoofdontsluitingsweg voorzag via het Dorpshof en een trage doorsteek naar de Sint-Rochusstraat. Hiervan kan men niet afwijken. Binnen de zone voor wegenis van het BPA wordt dan ook uitsluitend wegenis voorzien. Buiten die zone wordt de wegenis beperkt uitgebreid. Dit staat de toepassing van art. 4.4.9/1 van de VCRO niet in de weg. In het noordelijk deel wordt aan de pijpekop een beperkt verlengstuk voorzien voor de ontsluiting van de loten 1 t.e.m. 3 (en kleinere erfontsluitingswegen tussen de geclusterde eengezinswoningen) als tevens een tweetal insteken ter ontsluiting van de loten 4 t.e.m. 11. In het zuidelijk deel wordt een zijweg voorzien in L-vorm om de woningen op de loten 13 t.e.m. 22 op een meer hedendaagse wijze te kunnen inplanten zodat centraal een publieke parkzone kan worden voorzien. De bijkomende wegenis (voorzien buiten de zone voor wegenis) is minder dan 1 km lang. Hiervoor maakt men gebruik van artikel 4.4.7, §2 VCRO, dat in de mogelijkheid voorziet om van stedenbouwkundige voorschriften af te wijken voor werken van algemeen belang die een beperkte ruimtelijke impact hebben. Deze werken van algemeen belang zijn duidelijk vastgelegd in het ‘Besluit van de Vlaamse Regering tot aanwijzing van de handelingen in de zin van artikel 4.1.1, 5°, artikel 4.4.7, § 2, en artikel 4.7.1, § 2, tweede lid, van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening’. Artikel 3 § 1. 2° stelt dat de aanleg van gemeentelijke verkeerswegen met maximaal twee rijstroken die over een lengte van maximaal 1 kilometer afwijken van de stedenbouwkundige voorschriften een handeling van algemene belang is met een ruimtelijk beperkte impact. De afwijkingsregelingen waarop men zich wenst te beroepen – m.n. art. 4.4.9/1 en art. 4.4.7, §2 van de VCRO - gelden elk op zich. Het bezwaar is niet gegrond. Bezwaar 4 Datum: 26 februari 2024 Het analoge bezwaarschrift handelt niet over de zaak van de wegen. De raad neemt bijgevolg geen standpunt in. Melding Datum: 5 februari 2024 Tijdens het openbaar onderzoek is melding gemaakt van het belemmeren van een inrit naar de woning met als adres Dorpshof 31. Op 20 mei 2020 werd er een omgevingsvergunning met ref. OMV_2020014158 (20/052) afgeleverd voor het slopen van de bestaande woning en bouwen van een nieuwe woning. Hierbij voorziet men een inrit naar de ondergrondse garage (t.h.v. de achtergevel) via de insteekweg, die nu zal worden uitgerust als een volwaardige ontsluitingsweg. Er wordt gevraagd om rekening te houden met deze vergunde toestand. Op het wegenisplan is op deze locatie namelijk een haag met een berm / open gracht voorzien. Deze berm / open gracht is niet meegenomen in de berekeningen rond hemelwateropvang. De gemeenteraad neemt volgende gemotiveerd standpunt in: Er is geen impact op de waterhuishouding. Men voorziet een bijkomende inrit met een breedte van max. 4 meter voor de woning met als adres Dorpshof 31 cfr de omgevingsvergunning met ref. OMV_2020014158 (20/052). Advies Advies 1 Het advies van het gemeentelijk team Leefomgeving werd gevraagd op 21 januari 2024. Er is geen advies verleendbinnen de vervaltermijn van 50 dagen. Het team werd meermaals betrokken bij de voorbesprekingen van de voorliggende aanvraag. Gezien er geen bemerkingen zijn geformuleerd, wordt uitgegaan van een gunstig advies. Advies 2 Het advies van de gemeentelijke mobiliteitscel werd gevraagd op 21 januari 2024. Er is geen advies verleendbinnen de vervaltermijn van 50 dagen. Het team werd meermaals betrokken bij de voorbesprekingen van de voorliggende aanvraag. Gezien er geen bemerkingen zijn geformuleerd, wordt uitgegaan van een gunstig advies. Advies 3 Het advies van het gemeentelijk team Leefomgeving (groenambtenaar) afgeleverd op 23 februari 2024, is voorwaardelijk gunstig en als volgt gemotiveerd: “gunstig advies, er is rekening gehouden met de opmerkingen uit de voorafgaande gesprekken bij de opmaak van het inrichtingsplan. Voorwaarden: - het beplantingsplan uitvoeren zoals ingediend en zoals dit vooraf besproken is - de voorwaarden van de BEA uitvoeren” Advies 4 Het advies van de gemeentelijke werkplaats werd gevraagd op 21 januari 2024. Er is geen advies verleendbinnen de vervaltermijn van 50 dagen. Het team werd meermaals betrokken bij de voorbesprekingen van de voorliggende aanvraag. Gezien er geen bemerkingen zijn geformuleerd, wordt uitgegaan van een gunstig advies. Advies 5 Het advies van het agentschap Natuur & Bos afgeleverd op 23 januari 2024, is zonder voorwerp en als volgt gemotiveerd: “Vermits de verkaveling gelegen is in woongebied en het Bosdecreet niet van toepassing is laten wij de beslissing voor dit dossier volledig over aan de vergunningverlenende overheid.” Advies 6 Het advies van Fluvius afgeleverd op 22 februari 2024, is voorwaardelijk gunstig en als volgt gemotiveerd: zie bijlage Advies 7 Het advies van de brandweer afgeleverd op 30 januari 2024, is voorwaardelijk gunstig en als volgt gemotiveerd: “Gunstig mits naleving van vermelde voorwaarden en opmerkingen.” Advies 8 Het advies van de deputatie, dienst Water en Domeinen, afgeleverd op 26 februari 2024, is voorwaardelijk gunstig en als volgt gemotiveerd: “Uit de toepassing van de nadere regels voor de toepassing van de watertoets bij besluit van de Vlaamse Regering van 20 juli 2006, en latere wijzigingen, is gebleken dat het verdelen van 12 percelen in 22 loten voor woningen, 1 projectzone (appartementen) en de aanleg van wegenis een verandering van de toestand van watersystemen (of bestanddelen ervan) tot gevolg heeft. Deze verandering heeft geen betekenisvol schadelijk effect op het watersysteem voor zover de voorwaarden onder Deel 2 worden opgenomen in de vergunning.” Advies 9 Het advies van PROXIMUS, afgeleverd op 12 februari 2024, is voorwaardelijk gunstig en als volgt gemotiveerd: “Op basis van de informatie waarover wij momenteel beschikken, geven wij graag een gunstig advies indien u volgende voorwaarden opneemt in uw vergunning : - Een finale netwerkanalyse zal gebeuren na ontvangst van het vergunde plan. - Uitbreiding van de telecominfrastructuur van Proximus is ten laste van de aanvrager. - Van zodra vergund en minimaal 6 maanden voor oplevering dient de aanvrager zijn project kenbaar te maken bij Proximus door het formulier als bijlage ingevuld te versturen naar werf.a2@proximus.com. - De Proximus infrastructuur dient proactief voorzien te worden in het project. De technische documentatie hiervoor wordt ter beschikking gesteld na ontvangst van het vergunde plan. - Proximus wenst betrokken te worden bij alle coördinatievergaderingen via netwerkstudie.a22@proximus.com Na de werken kunnen de bewoners eenvoudig aansluiten op de nutsvoorzieningen voor telefonie-, internet- en televisiediensten. Hiervoor kan de aanvrager terecht bij onze klantendienst op het gratis nummer 0800 22 800. Meer informatie op www.proximus.be/bouwen.” Advies 10 Het advies van De Watergroep afgeleverd op 22 januari 2024, is voorwaardelijk gunstig en als volgt gemotiveerd: “Advies Aftakkingen en Aansluitingen Geen advies Advies Ontwerpbureau Volledig gunstig advies met voorwaarden Voor de uitrusting van de verkaveling met een drinkwaterleiding op het openbaar domein moet door de initiatiefnemer onderstaande betaald worden: * een forfaitaire kost per bebouwbaar kavel * een kost voor ontwerp en veiligheidscoördinatie per project Wanneer aan alle voorwaarden is voldaan zal De Watergroep de gemeente hiervan op de hoogte brengen, pas dan zal de gemeente cfr. De Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening van 15 mei 2009 houdende de organisatie van de ruimtelijke ordening een verkoopbaarheidsattest afleveren. Bovendien kunnen we u ook melden dat de Watergroep installaties in exploitatie heeft in de zone van de infrastructuurwerken en dat deze installaties te allen tijde bereikbaar moeten zijn. De Werken dienen zodanig uitgevoerd te worden dat er een continue drinkwaterbevoorrading kan gegarandeerd worden. In het ontwerp dient men er rekening mee te houden dat in de bermen voldoende ruimte voorzien wordt om de leidingen aan te leggen en de eventuele aanpassingen uit te voeren. Deze forfaitaire kost en de kost voor eventuele aanpassingen aan de bestaande drinkwaterleiding zijn ten laste van de initiatiefnemer. Voor grotere projecten met aanleg van nieuwe wegenis moet er na het verkrijgen van de vergunning een coördinatievergadering worden opgestart met de zonemanager van De Watergroep om eventuele knelpunten vooraf te bespreken. Vanaf een leiding van Ø 80mm is een druk- en capaciteitsmeting noodzakelijk. Er wordt slechts effectief gestart met de opmaak van een ontwerp ná uitvoering van de meting door De Watergroep. De kosten hiervoor vallen integraal ten laste van de initiatiefnemer. www.dewatergroep.be/capaciteitsmeting. De watergroep plaatst geen hoofdleidingen op privaat domein. Voor de aansluiting van meerdere woningen op privaat domein kan wel een verdeelleiding aangelegd worden. Voor de aanleg, het onderhoud, de herstelling en vernieuwing van bovenvermelde verdeelleiding zal steeds een kosteloze erfdienstbaarheid gevestigd moeten worden samen met een kosteloze erfdienstbaarheid van overgang (permanent en onbelemmerd) voor personeel en/of aannemers, voertuigen en materiaal van De Watergroep. Voormelde te vestigen erfdienstbaarheden dienen eeuwigdurend te zijn en vastgelegd in een notariële akte. Het verkrijgen van de effectief verleden notariële akte door De Watergroep is een absolute voorwaarde voor de start van de aanleg van de drinkwaterleidingen. De Watergroep plaatst géén hydranten, spoelpunten of vakafsluiters op private eigendommen. Iedere wooneenheid dient over een afzonderlijke watermeter te beschikken. De plaats van de watermeter dient te beantwoorden aan de voorschriften van De Watergroep. De kosten van de nieuwe aftakkingen zijn ten laste van de aanvragers. Bijkomende informatie kan u vinden op : www.dewatergroep.be” Advies 11 Het advies van Watering De Herk afgeleverd op 29 februari 2024, is voorwaardelijk gunstig en als volgt gemotiveerd: “De adviesvraag handelt over de richtlijn gewijzigd afstromingsregime. Vanaf een verharde oppervlakte van meer dan 1 000 m² moet door de vergunningverlenende instantie advies worden gevraagd aan de waterbeheerder met betrekking tot mogelijke schadelijke effecten op de toestand van het oppervlaktewater. In het kader daarvan moet voldaan worden aan de volgende voorwaarden: het volume van de open infiltratievoorziening moet minimaal 330 m³/ha verharde oppervlakte bedragen (los van de aanwezige hemelwaterputten), de infiltratieoppervlakte moet minimaal 8 % van de verharde oppervlakte bedragen. De infiltratiegracht/bekken moet minimaal 30 cm dekking behouden boven de hoogste grondwaterstand, en moet vlak of in tegenhelling worden aangelegd. Bodem en wanden moeten in waterdoorlatende materialen worden uitgevoerd en ingezaaid met gras. De infiltratiegracht/bekken kan niet worden beplant met verlandingsvegetatie (bv. riet). Er moet een dwarsprofiel van het open bufferbekken bijgebracht worden met het niveau van de verschillende inloopleidingen en noodoverloop. Het volume dat voor nuttige buffering instaat is het volume onder de overloop. Aan deze voorwaarden is voldaan. CONCLUSIES ONDERZOEK WATERBEHEERDER Uit de toepassing van de nadere regels voor de toepassing van de watertoets bij besluit van de Vlaamse Regering van 20 juli 2006, en latere wijzigingen, is gebleken dat het verdelen van 12 percelen in 22 loten voor woningen, 1 projectzone (appartementen) en de aanleg van wegenis een verandering van de toestand van watersystemen (of bestanddelen ervan) tot gevolg heeft. Deze verandering heeft geen betekenisvol schadelijk effect op het watersysteem voor zover de voorwaarden bovenaan dit advies worden opgenomen in de vergunning. De watering is waterbeheerder voor dit projectgebied, maar voor zowel het advies in het kader van de bindende bepalingen in verband met de waterloop (afstandsregels en machtigingen) als het advies in het kader van de watertoets treedt de Dienst Water en Domeinen van de provincie Limburg op als ondersteunende adviesverlenende instantie. De watering neemt dit advies met de hierin opgenomen beoordeling en conclusie over en maakt dit advies tot het hare.” Advies 12 Het advies van Wyre afgeleverd op 30 januari 2024, is voorwaardelijk gunstig en als volgt gemotiveerd: “Ref.: 25139981 Gemengde verkaveling - netuitbreiding Wyre Wij zijn nagegaan welke aanpassing van de infrastructuur van Wyre nodig is om de loten uit deze verkavelings- of bouwaanvraag te kunnen aansluiten. Wij vragen om onderstaande voorwaarden op te nemen in de vergunning: * Onze studiedienst stelde vast dat er een netuitbreiding nodig is om alle loten van dit project aansluitbaar te maken. * Er werd een offerte opgesteld en ter goedkeuring doorgestuurd naar de aanvrager. In deze offerte houden we rekening met het aanleggen van nutsleidingen in overleg met andere nutsmaatschappijen. Dit is kostenbesparend en beperkt de hinder. We stemmen de uitvoeringstermijnen dan ook af op de planning van de andere werken. * De aansluiting van het appartementsgebouw/meergezinswoningen is uitgesloten van deze offerte. Hiervoor dient een aparte aanvraag te gebeuren via: Wyre Coax Build Support Liersesteenweg 4 2800 Mechelen 015/33.20.90 cbs@wyre.be Hiervoor wordt een aparte offerte opgemaakt. * De aftak- en aansluitkosten van de abonnee worden met de latere abonnee verrekend.” Behandeling adviezen De adviezen kunnen worden bijgetreden. Het aanvaarden van deze adviezen geeft uitvoering aan artikel 3 (doelstellingen) en aan artikel 4 (principes) van het Decreet houdende de gemeentewegen van 3 mei 2019. De adviezen werden aan deze artikels getoetst. Argumentatie De aanvraag situeert zich in het bij koninklijk besluit van 3 april 1979 vastgestelde gewestplan Hasselt-Genk met bestemming woongebied. Het is gelegen binnen de grenzen van het BPA Centrum III Zolder – wijzigingsplan, goedgekeurd op 17 oktober 1983. De aanvraag is niet in overeenstemming met de voorschriften van het BPA. Conform artikel 4.4.9/1 van de Vlaamse Codex kan de vergunningsverlenende overheid afwijken van de voorschriften van een BPA voor zover dit plan ouder is dan 15 jaar op het ogenblik van de indiening van de aanvraag. Het eigendom is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd ruimtelijk uitvoeringsplan of een goedgekeurde niet vervallen verkaveling. De voorliggende aanvraag beoogt de realisatie van een inbreidingsproject tussen de Inakker, het Dorpshof, de Sint-Rochusstraat en de Witte Barier door de aanleg van nieuwe wegenis. Het gebied en de nieuwe loten worden ontsloten langsheen het Dorpshof, via een weg met het karakter van een woonerf en een gemengd gebruikersprofiel (voetgangers, fietsers en gemotoriseerd verkeer). Deze ontsluiting gebeurt op basis van de principes van het BPA, als een oost-westas doorheen het gebied, waarbij deze in het westen overgaat in een parkeercluster en een trage verbinding naar de Sint-Rochusstraat. Deze verbinding draagt bij tot de uitbouw van een veilig, fijnmazig netwerk van trage wegen, zowel op recreatief als op functioneel vlak. Het verbetert de samenhang en de toegankelijkheid van aansluitende gemeentewegen. Er wordt conform het BPA in noordelijke richting een aftakking gerealiseerd welke eindigt met een keerpunt. Aan de pijpekop wordt een beperkt verlengstuk voorzien voor de ontsluiting van de loten 1 t.e.m. 3 (en kleinere erfontsluitingswegen tussen de geclusterde eengezinswoningen) als tevens een tweetal insteken in westelijke richting ter ontsluiting van de loten 4 t.e.m. 11. Er zullen eveneens 2 parkeerclusters voor bewoners- en bezoekersparkeerplaatsen worden aangelegd langs deze noordelijke verbinding. In het zuidelijk deel wordt een zijweg met keerpunt voorzien in L-vorm om de woningen op de loten 13 t.e.m. 22 op een meer hedendaagse wijze te kunnen inplanten rondom een publieke parkzone. Men vertrekt voor het realiseren van de centrale groenzone vanuit de bestaande waardevolle eikenrij, die behouden blijft. De overstekende kruinen van de bomen zullen worden ingesnoeid. Binnen de groenzone wordt een bijkomende aanplant van zwarte populier en knotwilg voorzien, alsook een aantal krokusvelden. Daarnaast worden er speeltuigen in natuurlijke materialen voorzien en een aantal zitbanken rondom de groene publieke ruimte. Deze openbare ruimte staat ten dienste van het algemeen belang. Er wordt ruimte gemaakt voor ontmoeting. Aan de zuidelijke berm van de oost-west gerichte ontsluitingsas wordt een ondiepe gracht aangelegd. Enerzijds wordt de weg met een afschot naar deze berm aangelegd om het hemelwater gravitair via deze gracht naar de hemelwatervoorziening binnen de centrale groenzone te leiden. Anderzijds voorkomt deze ondiepe gracht dat er auto’s in de berm van de weg kunnen parkeren. De wegenis wordt uitgevoerd in asfaltverharding, met uitzondering van de 2 insteken langsheen het noordelijke deel. Deze worden uitgevoerd in waterpasserende betonstraatstenen, alsook de trage verbinding vanaf het parkeercluster tot aan de Sint-Rochusstraat. De parkeerplaatsen worden voorzien in waterpasserende betonstraatstenen met nokken, opgevuld met steenslag. De 3 voorbehouden parkeerplaatsen worden omwille van de toegankelijkheid uitgevoerd in betonstraatstenen zonder nokken. Men plant langsheen de wegenis, zowel t.h.v. de oost-westas als de noordelijke verbinding, aan één zijde een haag van het soort Ligustrum ovalifolium aan. In de haag van de oost-westas zal er eveneens een bomenrij van veldesdoorn worden voorzien. Deze bomen worden ook geplaatst t.h.v. de parkeerclusters. Het opstellen van het rooilijnplan geeft uitvoering aan artikel 3 (doelstellingen) en aan artikel 4 (principes) van het decreet gemeentewegen van 1 september 2019. De op te richten ontsluiting kent een gemengd gebruik voor zowel gemotoriseerd verkeer als trage passage. Deze zal conform het BPA in oostelijke richting als een trage verbinding worden doorgezet. De voorgestelde maatregel houdt geen wijziging van de ontsluiting van aanpalende percelen in. Er worden geen knelpunten inzake verkeersveiligheid opgelost, noch gecreëerd. Het wijzigen van rooilijnen als scheiding tussen openbaar domein en privaat domein, alsook de opname van het verworven deel garandeert het openbaar gebruik van de gemeenteweg. Gezien bovenstaande argumentatie en de resultaten van het openbaar onderzoek, kan worden overgegaan tot definitieve goedkeuring van het rooilijnplan. Hierbij worden volgende lasten opgelegd aan de aanvrager: ● De kosten - die voortvloeien uit de aanleg van de wegenis - inclusief alle mogelijke nutsvoorzieningen en aanleg van een openbare verlichting, zijn volledig ten laste van de aanvrager. De werken worden uitgevoerd in samenspraak met het gemeentelijk team Leefomgeving. Het bestek, inclusief raming, technische documentatie en plannen betreffende de infrastructuur worden gevoegd bij de beslissing tot goedkeuring. ● De verkavelaars dienen, ten overstaan van het lokaal bestuur van Heusden-Zolder, de nodige financiële waarborgen te stellen om deze werkzaamheden uit te voeren. Het bedrag omvat de uitrusting van de weg, inrichting van het openbaar domein, alsook de kosten voor aanleg van alle nutsleidingen, en bedraagt 911.222,09 EUR. Er zal worden overgegaan tot vrijstelling van de borgstelling na uitvoering van het project en na het bijbrengen van de bewijsstukken dat er werd voldaan aan alle financiële verplichtingen ten overstaan van derden die rechtstreeks betrokken zijn bij de uitvoering van het project. ● De voorlopige en definitieve oplevering van de infrastructuurwerken dienen aan de goedkeuring van het college van burgemeester en schepenen onderworpen te worden, en dienen bijgevolg plaats te vinden in aanwezigheid van een afgevaardigde van het college van burgemeester en schepenen. ● De ontwerp-rooilijn werd ontvangen op 22 december 2023 van ontwerp- en adviesbureau Geotec te Bilzen. De totale inname met betrekking tot de aan te leggen wegenis, aangeduid in het groen als lot 25, bedraagt 63a 47ca. De volledige uitgeruste wegenis zal, na aanleg door en op kosten van de verkavelaar, gratis afgestaan worden aan de gemeente voor inlijving bij het openbaar domein. Het gedeelte dat reeds in eigendom van de gemeente is, zal worden ingelijfd in het openbaar domein. ● De eigenaars dienen na de voorlopige oplevering van de infrastructuurwerken het gemeentebestuur in het bezit te stellen van de notariële ontwerpakte van overdracht. De overdracht van de zate van de weg, om ingelijfd te worden in het gemeentelijk openbaar domein, dient binnen de 6 maanden na de voorlopige oplevering van de werken op benaarstiging en op kosten van de eigenaars gerealiseerd te worden door een door de eigenaars aan te duiden notaris. ● De notariële akte van overdracht wordt enkel verleden nadat tegensprekelijk door een afgevaardigde van de cluster Ruimte samen met een afgevaardigde van de eigenaars werd vastgesteld dat de werken worden beheerd als een goed huisvader. BESLUIT eenparig aangenomen. Artikel 1: Het rooilijnplan ‘verkaveling Dorpshof’ – conform de bijlagen gehecht aan dit besluit – wordt goedgekeurd, alsook het bestek, de raming, technische documentatie en plannen voor de infrastructuurwerken. Artikel 2: - De gemeenteraad keurt voorliggende beslissing over de aanleg van een gemeenteweg - in het kader van de omgevingsvergunningsaanvraag met dossiernummer 2023/032 (OMV_2023170339) voor het verdelen van 12 kadastrale percelen in 22 loten voor grondgebonden woningen, 1 projectzone (appartementen) en de aanleg van wegenis - voorwaardelijk goed. De voorwaarden luiden als volgt: - de groenaanleg en boomaanplant worden uitgevoerd cfr het bijgevoegde plan en in samenspraak met de gemeentelijke werkplaats en de groenambtenaar; - de voorwaarden in de bomeneffectanalyse (BEA) worden strikt nageleefd; - de adviezen van de verschillende diensten en nutsmaatschappijen, m.b.t. de zaak van de wegen, worden nageleefd; - men voorziet een bijkomende inrit met een breedte van max. 4 meter voor de woning met als adres Dorpshof 31 cfr de omgevingsvergunning met ref. OMV_2020014158 (20/052). Artikel 3: De totale inname met betrekking tot de aanleg van de wegenis, in het kader van een aanvraag tot omgevingsvergunning met ref. 2023/032 (OMV_2023170339) bedraagt 63a 47ca en is aangeduid in het groen als lot 25. Na de voorlopige oplevering van de werken zal de zate van de weg, op benaarstiging en op kosten van de eigenaars, gratis worden overgedragen aan het gemeentebestuur voor inlijving in het gemeentelijk openbaar domein en zal de weg als gemeenteweg erkend worden. De overdracht van de zate van de weg dient gerealiseerd te worden door een door de eigenaars aan te duiden notaris. Artikel 4: Bovengenoemde werken dienen door en op kosten van de eigenaars uitgevoerd te worden. De kosten voor de aanleg van alle openbare nutsvoorzieningen, inclusief de aanleg van openbare verlichting dienen eveneens door hen gedragen. Artikel 5: De eigenaars dienen ten overstaan van het gemeentebestuur van Heusden-Zolder de nodige financiële waarborgen te stellen om deze werkzaamheden uit te voeren. De waarborg bedraagt 911.222,09 EUR en omvat de uitrusting van de weg, inrichting van het openbaar domein en de kosten voor aanleg van alle nutsleidingen. De nodige bewijsstukken dienen hiertoe afgeleverd te worden bij ons bestuur. Artikel 6: Er zal worden overgegaan tot vrijstelling van de borgstelling na uitvoering van het project en na het bijbrengen van de bewijsstukken dat er voldaan werd aan alle financiële verplichtingen ten overstaan van derden die rechtstreeks betrokken zijn bij de uitvoering van het project. Artikel 7: De werken zullen onder bestendig toezicht van het gemeentelijk team Leefomgeving uitgevoerd worden. Artikel 8: De voorlopige en definitieve oplevering van de infrastructuurwerken dienen aan de goedkeuring van het college van burgemeester en schepenen onderworpen te worden, en dienen bijgevolg plaats te vinden in aanwezigheid van een afgevaardigde van het college van burgemeester en schepenen. Artikel 9: Het college van burgemeester en schepenen wordt belast met de werkzaamheden ter voorbereiding van de grondverhandelingen die voortvloeien uit de goedkeuring van het voorliggende rooilijnplan. Artikel 10: Afschrift van onderhavig besluit zal bij de aanvraag tot omgevingsvergunning (OMV_2023170339) gevoegd worden. Artikel 11: Tegen dit besluit van de gemeenteraad kan binnen de 30 dagen in het kader van een schorsend administratief beroep tegen de vergunningsbeslissing een georganiseerd administratief beroep worden ingesteld bij de Vlaamse Regering. De procedure van dit beroep verloopt volgens art. 31/1 van het Omgevingsdecreet. Artikel 12: Dit besluit van de gemeenteraad is nietig: - wanneer de omgevingsvergunning met dossiernummer OMV_2023170339 ingediend op 22 december 2023 door MATEXI LIMBURG voor het verdelen van 12 kadastrale percelen in 22 loten voor grondgebonden woningen, 1 projectzone (appartementen) en de aanleg van wegenis, kadastraal gekend als: (afd. 3) sectie B nrs. 432T, 431X, 424C, 427G, 427F, 428C, 429C, 432X, 432Y, 423W, 428D/deel en 429B/deel, niet wordt verleend, of wanneer deze in administratief of jurisdictioneel beroep wordt vernietigd; - wanneer het voorwerp van de omgevingsvergunning niet binnen de in de vergunning voorziene of wettelijke termijn wordt gerealiseerd. Artikel 13: Dit besluit wordt volgens artikel 330 - van het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017 - ter kennis gebracht aan de provinciegouverneur. Het onderwerp maakt deel uit van de lijst van aangelegenheden bedoeld in artikel 286 § 1. Bijlagen Bijlage 1: rooilijnplan ‘verkaveling Dorpshof’ opgemaakt op 11 december 2023 door ontwerp- en adviesbureau Geotec te Bilzen Bijlage 2: bestek, raming, technische documentatie en plannen voor de infrastructuurwerken, aangeleverd door ontwerp- en adviesbureau Geotec te Bilzen |